Afvalstoffenheffing
Kostendekkendheid, maatstaf van heffing en tariefstelsel
Het beleidsuitgangspunt van de lokale heffingen is dat het tarief kostendekkend moet zijn. Er is een egalisatievoorziening aanwezig voor het dempen van de tarieven en voor het financieel opvangen van pieken en dalen in de uitgaven. Verder is besloten om de BTW in de tariefberekening mee te nemen. De tariefstelling afvalstoffenheffing is, zoals met ingang van 2020 besloten, gebaseerd op één-en meerpersoonshuishouden. In 2024 wordt dit gecontinueerd. Uitgangspunt is geen tarief op restafval.
Op basis van de huidige realiteit is, waar bekend, rekening gehouden met een indexatie. Bepaalde tariefverhogingen, zoals afvalverbrandingsbelasting/C02 heffing voor de verwerking van het restafval, zijn voor 2024 nog niet definitief bekend. Omdat bepaalde kosten en opbrengsten voor de afvalinzameling en verwerking scherp zijn neergezet liggen de begrote kosten 2024 in de lijn van 2023. Hiermee kan het tarief 2024 gelijk blijven ten opzichte van 2023.
Het tarief voor een éénpersoonshuishouden bedraagt 75% van een meerpersoonshuishouden. De kosten voor afvalverwijdering zijn in 2023 € 3.931.805, inclusief € 478.674 verrekenbare BTW, € 120.000 voor kwijtscheldingen en € 322.685 voor overhead. Per heden is er nog afgerond € 867.000 beschikbaar in de egalisatievoorziening voor het financieel opvangen van pieken en dalen in de uitgaven.
Toetreding tot Saver N.V. per 1 januari 2024
Na een uitgebreid onderzoek is gebleken dat het voor de gemeente Steenbergen raadzaam is om in de toekomst voor de afvalinzameling en verwerking aan te sluiten bij de overheidsgedomineerde partij Saver N.V. Dit gezien de huidige marktwerking voor de afvalinzameling, het missen van schaalgrootte en de noodzaak om toe te werken naar een circulaire economie. De raad heeft hiertoe op 2 maart 2023 besloten. De implementatie wordt verder in 2023 voorbereid en per 1 januari 2024 operationeel. Alhoewel nu reeds rekening is gehouden met bepaalde tarieven zal in de loop van 2024 meer duidelijkheid zijn over benodigde kosten in 2025.
Beleidskeuzes afvalstoffenheffing beleidsplan Van Afval Naar Grondstof 2016-2020
In het beleidsplan Van Afval Naar Grondstof is de ambitie vastgesteld om te gaan voor 100 kg restafval/inwoner in 2020, en dat 75% van het totale afval wordt aangeboden voor hergebruik. In 2017 stond de teller nog op 232 kg per inwoner. Er is in het beleidsplan gekozen voor het inzamelscenario Omgekeerd inzamelen zonder tarief op restafval. Op 1 april 2018 is hier gemeentebreed mee gestart. Eind 2018 was het resultaat van grof- en fijn restafval totaal 172 kg/ inwoner per jaar. De jaren daarna resulteerde dit in het volgende:
In 2019: 160 kg, in 2020* 182,5 kg, in 2021* 181,6 kg (*een toename als gevolg van de coronacrisis). In 2022 een daling naar 163,4 kg per inwoner.
Het beleidsplan VANG wordt geëvalueerd en geoptimaliseerd. Hieruit komen conclusies en aanbevelingen. Naast Omgekeerd Inzamelen is het van belang dat we in blijven zetten op de bewustwording van de inwoners en de zuiverheid van de grondstofstromen. Dit vergt inspanning op het gebied van communicatie, voorlichting en handhaving. Fasegewijs blijven we dus hier extra aandacht schenken.
Onderzoek/proef inzameling Groente-, Fruit-, en Tuinafval (GFT) bij hoogbouw
Het onderzoek inzameling GFT bij hoogbouw is een van de projecten voortkomend uit het beleidsplan VANG. Het doel van het project is tweeledig:
- Verbetering afval scheiden, vermindering van het restafval. Nu belandt het GFT bij hoogbouw nog bij het restafval en wordt het verbrand, terwijl er compost van kan worden gemaakt.
- Inzicht te verkrijgen in de ingezamelde hoeveelheden, de eventuele vervuilingsgraad en de nodige inzamelvoorzieningen.
Deelname aan de proef is vrijblijvend.
Vanaf 1 januari 2024 is de inzameling van GFT ook bij hoogbouw wettelijk verplicht. We kunnen de gegevens van de proef gebruiken om de inzameling gemeentebreed in te richten. Helaas moest het project begin 2020 worden afgebroken vanwege het coronavirus. Het was niet mogelijk om de nog geplande bijeenkomsten, met veelal ouderen, door te laten gaan. Het project is in 2022 weer opgepakt en vanaf 1 oktober 2022 officieel van start gegaan. Eind 2023 evalueren we het project en delen we de resultaten met de raad.
Naheffing Attero als gevolg van te weinig aanlevering van restafval
Dit traject heeft een lange voorgeschiedenis.
Het vigerend contract voor de Brabantbrede aanlevering van huishoudelijk restafval aan Attero kende een leverplicht van 510.000 ton per jaar (tot 1 februari 2017). Attero heeft over de looptijd van 2011 tot februari 2017 de boeteclausule geëffectueerd voor de te weinig aangeleverde tonnages, verdeeld over diverse gewesten. Over de periode 2011-2014 is de uitspraak definitief in het voordeel van de gemeenten (die gezamenlijk optrekken in de VvC (Vereniging van Contractanten) gebleven en hoeft geen boete te worden betaald.
In augustus 2019 is door arbiters over de periode 2015 tot februari 2017 een eindvonnis gewezen, waarbij de voor gewesten en gemeenten ongunstige beslissingen in stand zijn gebleven. Brabantbreed betekent dit een naheffing voor minder aangeleverd restafval van zo’n 15 mln. De gemeenten van het voormalige gewest GSV (Roosendaal, Halderberge, Woensdrecht, Steenbergen, Moerdijk, Rucphen en Bergen op Zoom ) hebben, gezien de aangeleverde tonnages in de jaren 2015 t/m 2017, geen factuur voor naheffingontvangen.
De VvC is een procedure gestart om het vonnis door de rechter te laten vernietigen. In deze vernietigingsprocedure zijn de gemeenten in het gelijk gesteld. Attero is in cassatie gegaan tegen de uitspraak van het Hof in de vernietigingsprocedure. Op 17 maart 2023 besloot de Hoge Raad de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag te vernietigen. De uitspraak van het Gerechtshof is vernietigd en de gemeenten moeten alsnog betalen.
Zoals eerder aangegeven heeft het voormalig GSV gewest geen naheffing van Attero ontvangen. Echter er zou nog een verdelingsvraagstuk onder de gewesten kunnen ontstaan om gezamenlijk de € 15 miljoen te betalen. Het GSV gewest heeft eerder de stelling aangenomen geen factuur te hebben ontvangen dus ook niet te participeren in een verdelingsvraagstuk. Mochten er alsnog ontwikkelingen plaatsvinden op dit vlak dan houden we u op de hoogte.
Kostenonderbouwing afvalstoffenheffing 2024
Activiteit | Bedrag | Gemengde activiteit | Toerekening | Toelichting | Verhaalbare kosten |
---|---|---|---|---|---|
Inzameling | 1.449.291 | nee | 100% | 1.449.291 | |
Verwerking | 1.462.506 | nee | 100% | 1.462.506 | |
Beleidskosten | 254.628 | nee | 100% | 254.628 | |
Communicatie | 101.000 | nee | 100% | 101.000 | |
Handhaving | - | nee | 100% | - | |
Overig | 43.200 | nee | 100% | 43.200 | |
Perceptiekosten afvalstoffenheffing | 22.533 | nee | 100% | 22.533 | |
Kwijtscheldingen | 120.000 | nee | 100% | 120.000 | |
Toerekenbare BTW | 478.647 | nee | 100% | 478.647 | |
TOTAAL | 3.931.805 | 3.931.805 | |||
Kostendekkendheid van de afvalstoffenheffing | |||||
7.3 Afval | 3.348.473 | ||||
0.8 Overige baten en lasten: | |||||
0.10 Mutaties reserves | - | 944.153 | |||
6.3 Inkomensregelingen (kwijtschelding) | 120.000 | ||||
0.8 Overige baten en lasten: | |||||
Inkomsten 7.3 Afval, excl. Heffingen | -338.000 | ||||
Netto kosten 7.3 Afval | 3.130.473 | ||||
Toe te rekenen kosten: | |||||
Overhead | 322.685 | ||||
BTW | 478.647 | ||||
Totale kosten | 3.931.805 | ||||
Opbrengst heffingen | 3.931.805 | ||||
Dekking | 100% |