4. Welke acties pakken we op binnen bestaand beleid?

Omgevingswet

De Omgevingswet treedt per 1 januari 2024 in werking. Deze wet brengt een verandering in gemeentelijke processen en in onze verhouding met de samenleving. Wij zetten het van buiten naar binnen denken nog meer centraal. Wij zorgen ervoor dat we in 2023 klaar zijn om de Omgevingswet te implementeren, zodat wij per 1 januari 2024 kunnen werken volgens de Omgevingswet:

  • Er is één digitaal loket voor alle aanvragen (DSO);
  • Er is een kortere vergunningprocedure;
  • We hebben meer taken en verantwoordelijkheden, zoals bodemtaken, zodat we ook meer samenhangend vergunningenbeleid kunnen voeren;
  • We hebben meer ruimte voor maatwerk;
  • De initiatiefnemer / vergunningaanvrager dient zelf het participatieproces te organiseren en uit te voeren (betrekken van belanghebbenden). De kaders hiervoor zijn opgenomen in participatiebeleid.

Actualisatie Evenementen- en Horecebeleid

Het huidige evenementen- en horecabeleid is verouderd en toe aan actualisatie. Doelstelling voor het evenementenbeleid is te komen tot actuele beleidsregels voor evenementen die alleen de bevoegdheden van het college en de burgemeester regelen. De regels die betrekking hebben op het evenement zelf en nu nog in de beleidsregels staan, worden opgenomen in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV), waardoor ze rechtstreeks werkend zijn en niet in iedere evenementenvergunning afzonderlijk hoeven te worden opgenomen.

Het huidige horecabeleid bevat geen echte beleidsregels, maar bestaat meer uit een verouderde verzameling van afspraken. Doelstelling is het actualiseren van de regels in de APV, waardoor het horecabeleid kan vervallen.

In overleg met interne en externe partners wordt het beleid geactualiseerd en de rechtstreeks werkende regels in de APV aangepast.

De concrete acties voor 2024 zijn:

  • Evenementenbeleid: actualisatie beleidsregels en actualisatie regels in de APV voor evenementen.
  • Horecabeleid: actualiseren regels in de APV met betrekking tot horeca, waarna huidige horecabeleid kan vervallen.

Veiligheid

Met het nieuwe Integraal Veiligheidsplan, dat we samen met alle andere veiligheidspartners in het district De Markiezaten hebben vastgesteld, gaan we ook de komende jaren weer enthousiast en energiek aan de slag, om onze gemeente nóg veiliger te maken en te houden voor onze inwoners, ondernemers en bezoekers.

Het wijkgericht werken en de samenwerking in de “blauwe gang” van het veiligheidscluster werpt z’n vruchten ondertussen al merkbaar af. Zeker met de komst van BOA’s in eigen dienst, zijn we veel wendbaarder en kunnen we sneller en efficiënter reageren op ontwikkelingen in de wijken waardoor we onze inwoners, verenigingen en ondernemers nog beter van dienst kunnen zijn. We acteren nu meer proactief, waardoor we sneller kunnen inspelen op allerlei meldingen. Daardoor weten inwoners ons ook steeds beter te vinden.

Om het extra werk dat hieruit voortvloeit adequaat op te kunnen pakken, zijn voor de komende jaren structureel middelen beschikbaar gesteld voor een derde AOV’er en een vijfde fulltime BOA. De werkzaamheden van de derde AOV’er worden op dit moment tijdelijk ingevuld door een inhuurkracht, vandaar dat er middelen voor een structurele oplossing in de begroting 2024 zijn opgenomen.

De samenwerking met de (lokale) politie is goed te noemen, maar we hebben wel gebruik gemaakt van de mogelijkheid om een zienswijze op het Regionaal Beleidsplan van de politie in te dienen, met name over het feit dat de capaciteit van de politie onder druk staat. De reactie hierop was dat ons signaal serieus genomen wordt en wordt meegenomen naar de Minister van Binnenlandse Zaken en de Korpschef van de politie, maar wij realiseren ons ook dat het probleem niet zomaar op te lossen is. In de praktijk ervaren wij onmiskenbaar dat de politie een steeds meer noodzakelijke terugtrekkende beweging maakt en dat onze BOA’s er zodoende steeds meer taken bij krijgen. Daarom zijn er middelen voor een vijfde BOA in de begroting opgenomen.

Ook heeft de provincie Noord-Brabant (in samenwerking met de Taskforce-RIEC) een handreiking aan gemeenten gedaan om criminele activiteiten te signaleren en te voorkomen. Deze handreiking is vastgelegd in de ‘’Brabantse norm weerbare overheid’’. Het doel hiervan is één gezamenlijke aanpak voor alle Brabantse gemeenten en de provincie, om ondermijning en criminele activiteiten zoveel mogelijk te voorkomen. Op deze manier wordt onder meer tegengegaan, dat criminelen die bot vangen bij de ene gemeente gaan “winkelen” bij andere gemeenten en zo alsnog hun slag kunnen slaan.

Het gaat om een gezamenlijk basisniveau voor de weerbare overheid; een “ondergrens” waaraan álle Brabantse gemeenten en de provincie zich committeren. Het streven is om vóór 31 december 2024 volledig uitvoering te geven aan de Brabantse norm.

In de norm wordt ook benoemd dat partijen de intentie hebben om de benodigde bereidwilligheid, tijd en capaciteit in te zetten. De norm bevat bepalingen over bewustwording binnen de organisatie; informatiepositie en -beveiliging; integriteit; veilige werkomgeving; communicatie, beleid en handhaving (waaronder bepalingen over Bibob-beleid en voldoende kwaliteit en capaciteit voor de uitvoering hiervan). Met andere woorden: de norm bevat bepalingen die voor de hele organisatie gelden en niet alleen van de afdeling veiligheid zijn.

De focus voor 2024 ligt dus op het bestendigen en versterken van de ingezette koers, met een sterk team dat is berekend op de nieuwe en de extra taken zoals omschreven.

Beheerplannen openbare ruimte

De raad heeft vastgesteld dat de openbare ruimte een beheerkwaliteit kent van klasse B met in het centrum van Steenbergen klasse A. Wanneer gekozen wordt voor een lager kwaliteitsniveau (bijv. C/B of D/C) betekent dit dat er minder vaak (planmatig) onderhoud wordt gepleegd en zullen de kosten voor het in stand houden van de openbare ruimte overeenkomstig lager zijn.

De concrete acties voor 2024 zijn:

  • Wij zetten de ingeslagen weg om middels projectmatig werken de maatregelen uit de Beheerplannen te realiseren voort;
  • Wij gaan (na goedkeuring van de voorliggende begroting door de Raad onder punt 1) de genoemde programmering uit 2023 uit te breiden c.q. te actualiseren met de goedgekeurde ambities en projecten;
  • Wij waarborgen de continuïteit van het productieproces voor zover mogelijk door op gepaste wijze het inpassen van (tijdelijke) inhuur en/of uitbreiden van de vaste formatie, een en ander afgestemd op de (meerjarige) ambities en verplichtingen van de gemeente Steenbergen;
  • Wij voeren het VGRP uit.

Kleine windmolens

Er is een toenemende behoefte aan het plaatsen van “kleine” windmolens (tot een tiphoogte van 35 meter) buiten de bebouwde kom, met name ook op agrarische bouwblokken. Door de razendsnelle ontwikkelingen van batterijtechnologie en het voornemen van, met name, (agrarische) bedrijven om energiepositief en CO2-neutraal te zijn maken dat het onderwerp actueel en urgent is.

De concrete actie voor 2024 is:

  • Wij geven invulling aan dit vraagstuk door middel van een onderzoek naar de (technische) mogelijkheden en randvoorwaarden, waarbij tevens wordt voldaan aan de vraag vanuit het Raadsakkoord. Dit vormt de input voor de op te stellen omgevingsvisie 2025.

Capaciteit ruimtelijke procedures

Voor 2024 voorzien we een tijdelijke piek in de behoefte aan ondersteunende capaciteit voor het begeleiden van ruimtelijke plannen. Dit is enerzijds een uitvloeisel van de stimulerende activiteiten van het Actieplan Wonen, anderzijds willen we met de bouw van flexwoningen ten minste 100 extra woningen realiseren.

Bomenbeheerplan

Recent zijn de werkzaamheden die eerder gepland waren voor de jaren 2022 en 2023 verder in gang gezet. Bij doorrekening van de plannen bleek een aanvullend bedrag van € 25.000 noodzakelijk voor het opstellen van een bomenbeheerplan dat bestaat uit een technisch beheerplan en verzorgend onderhoud.

De concrete actie voor 2024 is:

  • Wij stellen een bomenbeheerplan op, zodat op een rationele manier de gemeentelijke bomen kunnen worden beheerd en onderhouden aan de hand van de dan beschikbare meerjarenplanning voor het planmatig onderhoud en de vervanging.